Het zenuwstelsel vangt dus prikkels uit de omgeving en interne milieu op, zet die om in een impuls die naar de hersenen gestuurd wordt, waarop een reactie plaatsvindt in spieren of klieren. Dat gaat als volgt:
- Zintuigen vangen prikkels op uit de omgeving (licht, geluid en geur bijvoorbeeld) en receptoren registreren inwendige waarden (bijvoorbeeld informatie over bloeddruk, osmotische waarde van het bloed en lichaamstemperatuur) en zetten dit om in een elektrische impuls.
- Via sensorische neuronen komt deze informatie in het ruggenmerg terecht.
- Schakelneuronen sturen deze informatie door naar de hersenen
- De hersenen verwerken de informatie en besluiten tot reactie (bewuste reacties in de grote hersenen, aansturing van inwendige organen via de hersenstam).
- Via motorische neuronen gaan signalen naar de spieren en klieren die deze reactie uitvoeren.