In het lichaam bevinden zich verschillende soorten klieren:
- Exocriene klieren die stoffen afgeven aan het externe milieu, zoals speekselklieren en zweetklieren
- Endocriene klieren die stoffen afgeven aan het interne milieu. Dit zijn meestal hormoonklieren.
Een aantal belangrijke hormoonklieren in ons lichaam zijn weergegeven in de afbeelding.
Een overzicht van de belangrijkste hormoonklieren met bijbehorende hormonen (niet uit het hoofd leren!):
- de hypofyse, die in direct contact staat met de hypothalamus uit de hersenen. De hypofyse geeft veel regelhormonen af die weer andere hormoonklieren stimuleren. Een aantal belangrijk klieren uit de hypofyse zijn:
- LH en FSH: deze regelen de afgifte van geslachtshormonen en de rijping van geslachtscellen (zie paragraaf 2)
- thyroïd-stimulerend hormoon (TRH) die de schildklier aanzet tot productie van thyroxine (voor stofwisseling)
- groeihormoon, dat verantwoordelijk is voor botgroei en stofwisseling
- prolactine, verantwoordelijk voor de melksecretie
- oxytocine, betrokken bij melksecretie en contractie van de baarmoeder bij de bevalling
- antidiuretisch hormoon (ADH), dat een belangrijke rol speelt bij de regeling van de waterhuishouding en bloeddruk.
- schildklier: produceert thyroxine voor stofwisseling en calcitonine (voor de Ca+-concentratie van het bloed)
- bijschildklier: produceert parathormoon, eveneens betrokken bij regeling van Ca2+-gehalte van het bloed.
- eilandjes van Langerhans: insuline en glucagonafgifte voor bloedsuikerregeling (zie verderop).
- eierstokken en testes voor productie geslachtshormonen, zie hoofdstuk 7.2.
- nieren: productie van epo voor aanmaak rode bloedcellen en renine voor aanmaak aldosteron in bijnierschors (water en zouthuishouding)
- bijnierschors: cortisol (stresshormoon), aldosteron (water en zouthuishouding)
- bijniermerg: adrenaline en noradrenaline, die bij stress invloed hebben op het zenuwstelsel.