De vorming van zaadcellen – de spermatogenese – vindt plaats in gekronkelde zaadbuisjes in de testes (teelballen). Uit de zaadcelmoedercel worden door meiose vier zaadcellen gevormd. Bij deze vorming worden ze gesteund door steuncellen: Sertoli-cellen.
De primaire spermatocyt of zaadcelmoedercel (2n; dus bevat chromosomenparen) deelt in twee secundaire spermatocyten (n; geen chromosomenparen meer), die op hun beurt weer delen in spermatiden. Deze spermatiden differentiëren in spermatozoa of de eigenlijke zaadcellen. Er ontstaan dus uit één primaire spermatocyt vier zaadcellen.